Tweedelevencrisis
De gemiddelde oermens werd dertig jaar oud. Veel te jong, vinden wij nu, maar voortplantingstechnisch gezien is dertig jaar natuurlijk oud zat. Of dacht je dat je na een keihard leven, kromgetrokken en uitgeput van kou, honger en ziekte zin had in nog een paar jaar? In dit licht bezien leef ik al bijna vijftien jaar in blessuretijd. Of ben ik op de helft van mijn tweede leven, zo kun je het ook zien. Holy Mozes. Had iemand me niet wat eerder kunnen waarschuwen? Ik ben er nog niet eens achter wat het doel was van die eerste dertig jaar, laat staan dat ik weet hoe ik de komende tijd moet inrichten. Eén ding is zeker: het wordt niet méér van hetzelfde. Want ik ga nu écht die bestseller schrijven. Per ezel naar Santiago de Compostela. Een Bed & Breakfast in Taipei beginnen. Deze tweede kans, hoewel alweer voor de helft verlummeld, ga ik maximaal benutten.
Om me heen zie ik meer van die midden-veertigers onrustig heen en weer schuiven op hun toch niet meer zo comfortabele bureaustoelen. Er wordt ineens een moestuin begonnen, een cursus auramassage gevolgd of therapeutisch broodgebakken. Allemaal vege tekenen van een naderende, danwel volop in gang zijnde tweedelevencrisis. Want we moeten op zoek naar onze levensopdracht. Onze innerlijke bron ontdekken voordat ie verdampt. Maar wel rap een beetje, want anders slaat de klok twaalf en veranderen we in dikke, saaie pompoenen.
En als het gewoon niet lukt? Wat als ik mijn roeping niet hoor omdat ik krampachtig mijn jeugd aan het herbeleven ben op een fout eighties-feest? Dan heb ik vast nóg een leven achter de hand, zo ergens vanaf mijn zestigste. Het wordt krap aan, maar ik geloof heilig in driemaal is scheepsrecht. En daarna is het écht game over.