Een dikke acht
‘Liefje, stop.’
‘Wacht even’, steunt hij, ‘ik ben er bijna.’
Ze zucht. ‘Stop nu maar gewoon.’
‘Toe, laat me nou’, klinkt het verhit, ‘nog heel even.’
‘Wat dóe je? Ga je nou gewoon dóór? Stóp, zeg ik toch.’ Ze prikt hem in zijn zij.
‘Au, verdomme.’
‘Dit gaat ‘m echt niet meer worden.’
Hij komt overeind. ‘Nee, jij bent lekker, zeg. Je geeft me ook geen káns.’
‘Je hebt kansen genoeg gehad.’ Ze pakt haar mobiel. ‘Ik bel Jan. Of nee, Erik.’
‘Jezus, begin je nú al over andere mannen?’
‘Voor inzet krijg je een dikke acht, liefje. Maar de uitwerking laat zwaar te wensen over.’
Hij komt overeind en smijt de krik van zich af. ‘Sorry hoor mevrouw, dat ik niet aan uw torenhoge verwachtingen voldoe.’
‘Hai, Erik? Ja, het is weer eens zover. Lekke band, deze keer. Nee joh, die heeft twee linkerhanden. O, echt? Je bent een schat. Tot zo.’